maandag 25 februari 2013

We suffer a lot in the tropics - 19-21 februari



Vissers op zee onderweg naar de Saloumrivier
We lijden erg in de tropen is een standaard uitdrukking van veel mensen die in de tropen werken of gewerkt hebben. Maar dat “lijden” kun je in het Nederlands natuurlijk ook schrijven als “leiden” , het klinkt hetzelfde maar betekent wel heel iets anders. Ik moest daar aan denken toen ik – Christiaan de opstapper – na een paar dagen Dakar aan boord ging van de TARA.
Dakar is geen onbekende stad voor mij. Ik kwam er zeer regelmatig, zo'n 35 jaar geleden toen ik in het buurland Mauritanië werkte. Dakar was een Europees aandoende grote stad, met in het centrum veel buitenlanders en dan vooral Fransen. Je zag die buitenlanders overal en elk bedrijf of bedrijfje dat maar iets voorstelde of voor wilde stellen had er wel een paar in dienst. Dan waren er ook nog de talloze ambassades en VN organisaties waar veel van die mensen een dubbele boterham verdienden.
Die buitenlanders zaten natuurlijk in de leiding van al die bedrijven, organisaties en ambassades en dat gevoel van aan de leiding staan werd nog bij hen versterkt doordat er in de huizen van die buitenlanders altijd wel een paar bedienden een baantje hadden.
Zeilende vrouwen  in de kreek, zij verzamelen de oesters

In de dagen dat ik in Dakar op de TARA aan het wachten was, heb ik erg weinig blanken gezien, niet in de banken waar ik mijn euro's in de lokale munt omwisselde en maar heel weinig in de nog steeds uitstekende restaurants. Die restaurants werden soms wel gerund door Fransen die al hun hele leven in Senegal wonen en er vaak ook geboren zijn, de zogenaamde “Pieds Noir”.
In de jaren zeventig hing er echt nog een – neo – koloniale sfeer. Niet verwonderlijk voor een land dat pas in 1960 onafhankelijk werd. Die sfeer is totaal verdwenen, nu zijn het de Senegalezen die leiden en is het aantal buitenlanders op een bevolking die in 35 jaar verdrievoudigd is – nu 3,5 miljoen – te verwaarlozen.
Baobab boom

Vanuit Dakar, waar we een goede gast waren van een paar fijne restaurants, zeilen we in een dag naar de rivierdelta van de Saloum. Een tocht van zo'n uur of tien. Niet echt spectaculair, de eerste vier, vijf uur heerlijk halve wind, wel goed uitkijken want er zijn op sommige plekken veel vissers die allemaal de nodige netten hebben uitstaan. In het begin van de middag laat de wind het afweten en gaan we op de motor verder. Het aanlopen van de Saloum is lastig omdat er voor de ingang zandbanken lagen en daar willen we beslist niet op stranden.
Jacomine geeft vanuit de kajuit de koers aan. Daarbij heeft ze de hulp van speciale kaarten en de GPS, Roel let op de dieptemeter en ik sla alles vol bewondering gade. Omdat we net voor donker binnen zijn eten we aan boord.
de haven van Dionouar

De volgende dag het dorp Dionouar in, dat aan de ingang van de rivier ligt. Moussa is “onze” gids die al aan de kant op ons staat te wachten. Het dorp is een uurtje lopen over een schaars begroeide zandvlakte met een enkele prosopist, flamboyant en baobab. De baobab is de heilige boom in Senegal en in het Engels heeft die boom de bijnaam de “upside down tree” vanwege de vreemde vorm. Dat dorp is een prehistorische uitgave van het dorp van Wim Sonneveld, zandpaden, armoedige huisjes waar de iets betere huizen een golfplaten dak hebben. Soms staan die huizen of hutjes in een omheind stuk land, het mooiste huis voor de man en voor elk van zijn drie of vier vrouwen een hut. Het meest indrukwekkende gebouw in het hele dorp is de moskee en in het mooiste huis eten we bij gebrek aan “officiële” restaurants. Dat is het huis van de dorpsoudste die ook de hoofdonderwijzer is. In de salon krijgen we een grote schaal met rijst, groenten en vis. We zitten op de grond en krijgen ieder een lepel om mee te eten. Ik heb de vraagprijs tot een derde teruggebracht, maar dat is duidelijk nog veel te hoog want we krijgen er flessen cola en andere zoetige dranken bij. De wandeling terug gaat langs een souvenir winkel en een paar kleine kruidenierszaakjes waar we niets van onze gading zien.
Eten bij het hoofd van de school thuis  met Moussa

Een siësta later zijn we klaar voor de volgende maaltijd. Wel eerst verankeren naar de overkant van de rivier, voor het bijzondere restaurant van Momon. Dat restaurant ligt aan een strandje in een vogelreservaat, er hangen drie hangmatten en er staat een gammel tafeltje voor de hut die dreigt in te storten. Op dat gammele tafeltje staan twee zeer vuile glazen die wel snel in de rivier gewassen worden door het hulpje van Momon, een onduidelijke Zweedse jongen die er drie maanden logeert. Er wordt snel nog een plastic bekertje georganiseerd en dan is het voor ons genieten van de opkomende maan in een hangmat en van onze eigen meegebrachte wijn. We zijn de enige gasten, waarschijnlijk ook de eersten deze maand. Momon gaat, nadat hij ons heeft verwelkomt, samen met zijn broer een fuik in de rivier lichten om te zien welke vis er op het menu komt te staan. 
No Stress Restaurant, nog vóór de wijn



Deze keer, maar niet alleen deze keer, eigenlijk alle keren, is het inktvis omdat Momon een inktvis-visser is. Die vis moet natuurlijk schoongemaakt en samen met groenten en rijst op een houtskoolvuurtje gekookt worden. Het restaurant heeft de toepasselijke naam: “NOSTRESS” dus na een uurtje beginnen we aan een tweede fles wijn, wijn vóór het eten in plaats van bij het eten en dat gaat ook best. Het wordt dus een genoeglijke avond met iets te veel wijn en muskieten. Ja we suffer a lot in the tropics.

Christiaan

Christiaan



Het gehele No Stress Complex, inclusief boot

vrijdag 22 februari 2013

Dakar 15-19 februari


Ons bezoek aan Dakar wordt gekleurd door de vele mensen die we er ontmoeten. Dakar is een grote stad, er wonen 3,5 miljoen mensen. Dat merk je overal, want mensen leven veel op straat. Daar wordt gekookt, gegeten, gehandeld en wat je verder kunt bedenken. Overal waar we komen spreken mensen ons aan, proberen iets te verkopen, willen de weg wijzen enzovoort. Het gaat vriendelijk, maar het  is wel altijd aanwezig. Roel kan daar makkelijker mee omgaan dan ik. Ik voel me meer aangesproken en omdat ze meestal Frans spreken, ben ik ook diegene van wie ze antwoord krijgen.
Het eiland Goree (Goedereede) in de baai voor Dakar

Het went, al realiseren we ons goed dat wij in onderhandelen geen partij zijn voor de lokale bevolking.
Ik neem jullie mee naar de gemeenschap die huist op de de zeilclub Circle de Voile Dakar, meestal afgekort tot CVD.
Vanaf de ankerplaats worden we opgehaald door de CVD taxiboot, die zo'n 10x per dag heen en weer gaat. Via het strand met palmen, tevens bootwerkplaats, lopen we naar een rietomheining waarachter de club ligt. Een rustig terreintje, een jeu de boule baan (het is tenslotte van Franse oorsprong) en prachtige palmen waaronder het heerlijk toeven is. Er is een bar met internet en daar huizen de permanente “passanten”. Hun schepen zien er erbarmelijk uit, zij liggen er al jaren en lijken niet meer van hun plek te komen. Ze proberen van niets te leven, als overjarige hippies waar de wereld aan voorbij gegaan is.
Safi links en Ndoya rechts
Maar ze weten veel van de omgeving en hebben bijvoorbeeld routes om straks de Saloum rivier op te varen, die niet op een kaart staat. Verder leven ze veel in hun eigen wereldje, ze zijn niet zo geïnteresseerd in wie we zijn en wat we doen. Vooral niet als ze horen dat we na een kleine week weer verder gaan. Op het terrein zijn ook veel kleine “bedrijfjes”.
Fathou doet de was en die is in tijden niet zo schoon geweest. Ndoya (Maman Nougat) loopt een aantal maal per dag rond met een mandje op het hoofd vol pinda's en en pindanougatrepen. Safi verkoopt kettingen, tassen en maakt kleding op bestelling. Ik heb nu een Senegalees stelletje.
Goed rekenen met al die nullen, net Monopoly
Tussen de middag komt een leuk meisje van een nabijgelegen restaurantje vragen wie er wat wil eten en de warme maaltijd wordt bij je gebracht voor 1000 CFA ( Franc Africain) = €1.50. Momodoe zorgt dat er 300 liter gefilterd water in jerrycans op de boot komen voor we weer weggaan. Diego is zeilmaker en maakt kunstige hoezen voor onze luiken en ramen in de buiskap. Dat gaat wel op z'n Afrikaans. Hij hergebruikt waar het kan, goed opletten dus en is veel te laat klaar. De avond voor wij vertrekken is hij nog driftig bezig en de volgende morgen roeit Safiou, één van de taxibootmannen om 7.30 naar ons toe met de hoezen. We zouden om 7.00 uur vertrekken. Dagen later krijgen we van bevriende zeilers nog de laatste bevestigingsboutjes die vergeten waren. Zij brengen ook nog een aangepaste jurk mee van Safi. Dat lijkt ook Afrikaans te zijn. Wij denken: het komt niet goed, maar het komt toch altijd goed, alleen op een andere manier dan wij gewend zijn.
Pelikanen op het eiland Goree

Zo zijn er rondom de haven nog tientallen mannen die graag iets voor ons willen doen. Maakt niet uit wat, als we maar wat werk voor ze hebben. Matar houdt het langste vol. Hij woont bij de toegang van de club en komt mij iedere morgen verzekeren dat hij mij érg aardig vindt en alles voor me zou willen doen, zelfs meezeilen naar waar dan ook. Het lijkt Roel niet zo'n goed idee en ik houd het ook maar bij mijn vaste bemanning.

In Dakar komt onze opstapper Christiaan aan boord. Hij heeft zijn hele carrière in India en Afrika gewerkt voor een ontwikkelingsorganisatie. Hij logeert bij Jan, een oude vriend, die zijn leven in Afrika gewerkt heeft voor Unesco en door heel Afrika scholen gebouwd heeft. Hij woont permanent in Dakar, althans de 6-8 koelere en drogere maanden. We gaan dagelijks met hem op stap en de gesprekken gaan dan over andere dingen dan de gewone vakantie perikelen. Oorlogen komen voorbij, ontwikkelingswerk, corruptie, stabiliteit en maar al te vaak ook instabiliteit.
Bij de CVD, in het midden Jan en Christiaan
Jan heeft zich na zijn pensionering toegelegd op onderwijs aan doofstomme kinderen. Er zijn rond de 20.000 doofstomme kinderen in Senegal, een complicatie van meningitis. Deze kinderen krijgen vrijwel geen onderwijs. De officiële dovenschool biedt plaats aan ongeveer 150 leerlingen. Jan heeft een lesprogramma ontwikkeld waarmee groepjes van minimaal 8 ouders zelf de kinderen onderwijzen samen met een onderwijzer die betaald wordt door het project. Op deze manier krijgen de kinderen les in hun eigen omgeving en leert ook de omgeving met hen samen werken en leven. De organisatie wordt nu uitgebreid met lokale mensen, zodat ook de continuïteit geborgd is. Interessant hoe je met eigen initiatief en een beetje geld veel kunt doen. Het project krijgt meer bekendheid en sommige ouders melden zich nu al zelf (via-via) bij Jan.
Heerlijk eten bij Fatima thuis

We eten iedere avond buiten de deur. Allemaal erg afwisselend en heerlijk: vis aan de oceaan, Thais (!) en Senegalees. Hoogtepunt is een uitnodiging om thuis te eten bij Fatima in het centrum van de stad. Het huis ligt aan een zandweg, alle zijstraten van de grotere weg zijn zo. Buiten is druk met mensen en geluid. Binnen is het heerlijk rustig en koel. Fatima is een via-via bekende van Chris uit zijn Afrika tijd. Zij woont met haar oude moeder en een verzameling kinderen en familieleden van alle leeftijden in één huis. Dat is gebruikelijk in Senegal. Samen eten we een heerlijk Senegalese maaltijd: rijst, gegrilde vis, groente saus en salade. Als dessert krijgen we een roomachtige yoghurt met kleine gestoomde kraaltjes van gierstmeel gemaakt.
Gastvrouw Fatima
We kijken Senegalees worstelen met haar jongste zoon die nog thuis woont, de uitleg is erg behulpzaam. Haar moeder heeft na het overlijden van haar man jaren in een sociaal centrum gewerkt als kok. Uit die tijd kent zij enkele Nederlandse mensen. We kijken oude familie-albums door en het is bijzonder om zo een inkijkje te krijgen in hun leven. We nemen hartelijke afscheid en wisselen natuurlijk e-mail adressen uit.

De natuur trekt weer na de dagen in Dakar. Op naar de Saloum rivier, een dag varen ten zuiden van Dakar.

donderdag 14 februari 2013

Dag 7, de laatste dag op zee. Positie Dakar Senegal

De afgelopen nacht te weinig wind om alles te zeilen dus een gedeelte op de motor. Voor het eerst sinds ons vertrek uit La Gomera gaat het grootzeil naar beneden.
Langzaam aan komen de lichtjes op de kant dichterbij. Dakar ligt aan de andere kant van de Groende Kaap (Cap Vert op de kaart) dus zien we lange tijd alleen als lichtschijnsel aan de horizon. Het is gek, maar wetende dat we er bijna zijn is de nacht niet hetzelfde als vorige nachten. Onze blik is heel anders dan de nachten ervoor. Nu kijken we steeds naar de kust, zoeken naar vissers, proberen wat te zien. De nachten ervoor waren rustiger, geen schepen op aanvaringskoers was genoeg, het kijken ging niet zo ver weg, minder doelgericht. Net zoals er vlak voor vertrek altijd een bepaalde spanning is: hoe zal het gaan? Is er ook vlak voor aankomst het verwachtingsvolle aankomen: hoe zal het zijn? Én we zijn er bijna, het is goed gegaan.
Als speciaal afscheid krijgen we tijdens de beide nachtwachten nog een dolfijnenshow met licht en geluid. De dolfijnen schieten uren door het water, met eenzelfde fluorescerend effect als de golven van de boot. Soms in formatie van drie tegelijk, soms in de meest grillige patronen. Op een moment springen ze om de beurt uit het water om weer terug te vallen met een vuurwerk plons van oplichtende sterren.
Om 9.30 laten we het anker vallen in de Hann baai van de haven van Dakar.
De geur van houtskool in de neus en met zicht op een krioelende groep mensen, wat later de vismarkt blijkt te zijn.
Dakar lijkt een moderne stad met flatgebouwen én een stad met hutjes en onverharde wegen.
Het welkom bij de Club de Voile Dakar is heel prettig. We toeteren vanaf Tara, de taxiboot komt ons halen en wijst de weg op het terrein. Iedereen (zeilers en neringdoenden) die "thuishoort" op de club komt ons verwelkomen. Onze aankomst is dus niet onopgemerkt gebleven. De Nederlandse blauwe boot. De meeste boten lijken er al heel lang te liggen, de bewoners horen bij de inventaris van de club en vooral de bar.
Christiaan, onze opstapper voor de komende weken, is al in Dakar. Hij logeert bij de (Nederlandse) penningmeester van de zeilclub waar we liggen en vanavond gaan we met hen uit eten.
Vanmiddag handelen we de formaliteiten af: havenkantoor, police en douane. Een taxi crosst ons van kantoor naar kantoor met tussendoor de bank (voor de douane tarieven) en een kopieerwinkeltje voor het papierwerk. Vooral de douane lijkt erg belangrijk, want als we terug komen informeert iedereen of het toch wel gelukt is. Het gaat probleemloos en redelijk snel.
Al rijdende zien we een wirwar van voertuigen, van zeer gammel (onze taxi) tot gloednieuwe BMW's. We horen de oproep tot gebed van de moskee en tegelijkertijd dragen de vrouwen prachtige Afrikaanse jurken van batikstof. Grote, Frans aandoende gebouwen nog uit de koloniale tijd en kleine werkplaatsen die zo in de Soek in Marokko konden staan.
Alles gebeurt op straat, de gedroogde vis ligt in de middenberm, overal lopen, staan, zitten en liggen mensen.

De komende dagen gaan de Dakar en de omgeving verkennen, er is sprake van kamperen op het landje van de penningmeester. We laten het even over ons heenkomen.

----------
radio email processed by SailMail
for information see: http://www.sailmail.com

woensdag 13 februari 2013

Dag 6 op zee positie 15.45'N 017.34' W

Een rustig etmaal. Bij het eerste vallen van de avond kwam een klein splinterje maan te voorschijn, die daarna weer snel verdwenen. De donkere nachten zijn bijna voorbij.
Het was weer erg druk met scheepvaartverkeer. Wij verbazen ons erover hoeveel schepen er hier onderweg zijn met zeer uiteenlopende bestemmingen. Hoeveel zeescheepvaart zou er wel niet zijn wereldwijd? Soms hebben we in het vierkant van 60 mijl op de plotter wel 8 of 9 schepen. En dat gaat maar door. We kunnen de hele nacht zeilen met een knoop of 3 á 4, heerlijk.
Roel kijkt ieder avond een film, ik heb de afgelopen nachtwachten doorgebracht met een luisterboek van Louis Couperus 'Van oude mensen de dingen die voorbij gaan'. Ooit gelezen eind middelbare school, ik vond het toen een langzaam boek. De passie erin beschreven te vreemd voor mijn nuchtere Zeeuwse opvoeding. Nu, in een heel andere levensfase, leest het anders. Oud worden is dichterbij en van dichtbij meegemaakt in de generatie van onze ouders. Ik kan mij nu meer inleven in het terugkijken op een leven. Het luisteren is heel fijn, vooral omdat het zo prachtig wordt voorgelezen. Het is mijn enige luisterboek, dus als iemand een paar bestanden voor mij te leen heeft: graag!

Overdag soms wind, soms niet. Paar uur de motor aan en verder spiegelgladde zee. We maken vast schoon schip, alles wat zout is geweest is weer schoon. Opruimen, uitspoelen, een lekker gevoel. Onze eerste grotere oversteek zit er bijna op. We bereiden ons voor op onze aankomst in Dakar. We zijn benieuwd naar hoe het daar is en hoe we het gaan ervaren. De eerste keer in het Afrika van onder de Sahara.
Vanmiddag kregen we een voorproefje, opeens was het water doortrokken met grote roodbruine vegen. Modder uit de monding van de Senegal rivier, die bij St Louis de zee instroomt 65 mijl ten Oosten van de boot. Het is een bijzonder gevoel de eerste tekenen van land te zien. Na twee uur varen was het water weer helder. De dolfijnen komen ons soms even begroeten, maar hebben geen zin om te spelen vandaag.

Vanaf Bayona in Galicië tot aan San Sebastian op la Gomera hebben we in bijna iedere Spaanse plaats een Columbus museum gezien. In Portugal de grote zeereizen van Hendrik de Zeevaarder en Vasco da Gama. Nu zitten we op de route van de Beagle en lezen het dagboek van Darwin. Hij beschrijft wat er in het rode stof zit wat uit de Sahara geblazen wordt en zijn verwondering over de samenstelling. Zijn eerste stop is op de Kaap Verden, daar zijn we nog niet, maar al wel leuk om zijn ervaringen te vergelijken met de onze. Hij voer mee op een schip van 28 meter, met 72 mensen aan boord!!! Met z'n tweeen op 12 meter en als wij daarbij onze elektronica en motor optellen, hebben we diep ontzag voor de zeevaarders van toen.

Het afgelopen etmaal 100 zeemijl gevaren, nog ongeveer 60 mijl te gaan. Dakar here we come!
Jacomine

Klik hier voor het kaartje van de reis tot nu toe
----------
radio email processed by SailMail
for information see: http://www.sailmail.com

dinsdag 12 februari 2013

Dag 5 op zee, positie 17.20N 18.02W

Sinds gisterenavond staat de wind op halve kracht, is de zee glad en de temperatuur een graad of 5 omhoog. Zeker vannacht was dat spectaculair en de overtreffende trap van gisteren. Met 3-4 knoop gleden wij door de nacht met niets dan water en sterren om ons heen. De stilte was oorverdovend.
Wel veel scheepvaart hier. Op de Noordzee is dat in detail geregeld en zijn een soort snelwegen getekend, hier is het niet geregeld en doet iedereen maar wat. Het gevolg is dat er veel uitgeweken en ingehaald moet worden, want zowel Zuid- als Noordgaand verkeer vaart op 18W, simpelweg omdat dat zo eenvoudig en lekker makkelijk is. Maar het gevolg is wel dat er veel marifoonverkeer is en dat je als klein zeilbootje nog wat beter moet opletten. Niks hazenslaapjes voor de wacht vannacht.
Vandaag is het heerlijk weer. Voor het eerst op deze overtocht in ons blootje en eigenlijk zoals we ons dat van de hele reis hadden voorgesteld. Lekker in de zon op het achterdek met 4-5 knoop voortgang. Beetje lezen, beetje prutsen, uitgebreid koken – doen we tegenwoordig tussen de middag – etc. Best wel uit te houden hier!
Inmiddels zijn we ter hoogte van de grens tussen Mauritanië en Senegal. Niet dat je daar veel van ziet, want we zitten nog altijd 100 mijl uit de kust. De houtskoolvuren van Afrika kan je ruiken weten we van anderen, maar zo ver is het nog niet. Beesten hebben we weinig gezien, een enkele vogel. Wel opeens veel vliegen. Misschien toch een eerste teken van Afrika?

Nieuw is de prive krant die we via mail ontvangen. Dat ziet er als volgt uit:
- de paus heeft geabdiceerd
- er zit veel paardenvlees door het rundvlees, vooral in uk
- geen SNS nieuws
- algemeen gekibbel in Nederland of de ouderen nou wel of niet arm zijn.
Wat kan het leven toch simpel zijn. Met dank aan Jeroen!

102 mijl in het afgelopen etmaal, nog 160 mijl te gaan. Woensdag overdag gaat niet meer lukken en in de nacht Dakar in is te gevaarlijk in verband met onverlichte boeien en wrakken. Als we in het donker in de buurt komen gaan we buitengaats voor anker en doen het restje donderdagmorgen wel.
Tot morgen, Roel

----------
radio email processed by SailMail
for information see: http://www.sailmail.com

maandag 11 februari 2013

Dag 4 op zee positie 19.01N 18.06 W

Vandaag een dag zoals je hoopt dat zeilen op de oceaan zal zijn. De nacht is er iets minder wind, NO5 en dus ook minder golven dan gisteren. Veel bewolking en een luchtvochtigheid van 90%, buiten is alles drijfnat. Het zog en de golven om de boot zijn wel prachtig. Door de snelheid waarmee we door het water gaan lichten er fluorescerende deeltjes op, sommigen schitteren, sommigen zijn gewoon wit. Een prachtig gezicht, alsof de onzichtbare Melkweg en sterrenhemel boven ons weerkaatsen in het water.
We hebben alle twee goed geslapen en wat maakt dat een verschil!
Vanmorgen rustig mooi weer, af en toe zon maar meestal bewolkt. Lekker om buiten te zijn. Al snel gaan beide riffen uit het grootzeil en nu staat ook de genua een stuk bij. We lopen nog 5 knopen per uur met een NO 3, maar de verwachting is dat er gaande weg minder wind komt.
De temperatuur gaat omhoog en om de boot zwemmen al een uur een stuk of 10 dolfijnen die kunstjes uithalen bij de boeg. Klinkt een stuk aangenamer dan de vorige dagen!
We komen ook weer toe aan echt koken in plaats van opwarm eten. Uitgebreid nasi gemaakt en lekker gegeten. Het leven is toch een beetje simpel op zee. We gaan van wacht naar wacht, van maaltijd naar maaltijd.
We brengen de dag verder door met lezen, onder andere over Senegal en Gambia, kleine klusjes en lekker buiten zitten.
Hedt etmaal gemiddelde was 148 zeemijl. Nog 260 mijl te gaan, dat klinkt al dichtbij!
Tot morgen, Jacomine

----------
radio email processed by SailMail
for information see: http://www.sailmail.com
Bij deze een link naar een kaartje waar onze locatie op wordt bij gehouden:

Waar zijn we nu?


zondag 10 februari 2013

Dag 3 op zee, positie 21.26N 18.20W

We zeilen nu voor de kust van Mauritanië bijna ter hoogte van Cabo Blanco, het meest westelijke puntje van Afrika. Rondom deze kaap liggen ondieptes, waardoor we met een ruime afstand van 80 mijl het puntje gaan passeren vannacht. Daarna verleggen we de koers richting Dakar. Halverwege dus.
Het was een pittig etmaal. Het weerbericht liet een tamelijk rustig weerbeeld zien, dus gisteren eind van de middag hebben we het tweede rif eruit gehaald. Het ging als de brandweer! In de loop van de avond nam de wind flink toe, 20-25 knopen. Het zeil sleurde Tara door de golven, die dan ook regelmatig over kwamen. Om 10 uur toch weer het tweede rif erin. Dat ging gesmeerd, ondanks golven en donker. We krijgen duidelijk wat meer ervaring. Daarna ging het allemaal iets rustiger, met de nadruk op iets. Van slapen is niet veel gekomen. De wind en de golven maakten zo'n kabaal en het schip rolde behoorlijk op de hoge golven. Geen moment was het gevaarlijk of ongecontroleerd. Tara en Sara (de stuurautomaat) deden het samen prima. Wij waren de onaangepasten. Omdat de koude wind van achter staat biedt de buiskap geen bescherming, we hebben dan ook de wachten beneden doorgebracht. Om het kwartier gaat de kookwekker af, daar zitten inmiddels braillepuntjes op zodat we blindelings in het donker de tijd in kunnen stellen. De wacht gaat naar buiten, controleert de stuurautomaat, koers en de omgeving op schepen zoals wij, zonder AIS. Daarvan zijn we er overigens nog geen een tegengekomen. Dan snel weer naar binnen. De zeeschepen die ook allemaal rond het puntje moeten volgen we trouw met AIS, één keer hebben we een tanker opgeroepen om even af te stemmen, de anderen gingen we ruim omheen.
Ook overdag koud, veel golven en wind en dus geen beesten. Een prachtig etmaalgemiddelde is wel het resultaat: 157 mijl.
Dat is voor mij het verschil met het zeilen wat we de afgelopen tijd hebben gedaan. Een oversteek is gaan en niet meer terug kunnen. Geen uitwijkmogelijkheden op dit traject, je moet het doen met wat je krijgt. De voldoening zit hem in het zo goed mogelijk zeilen, leven en de bestemming.
Wat ook een groot verschil is, is het ontbreken van "nieuws" hoe het met SNS is? Geen idee. Wat er speelt deze week in Nederland of de wereld? Geen idee. We leven even in een miniwereld van 30m2 met twee mensen. En dat gaat tot nu toe heel goed.
Nog ongeveer 390 mijl te gaan. Tot morgen,
Jacomine

----------
radio email processed by SailMail
for information see: http://www.sailmail.com

zaterdag 9 februari 2013

Dag 2 op zee – positie 23.57N en 17.30W

We raken ingeslingerd. We eten weer 3 keer per dag, slapen per persoon ongeveer 8 uur en poetsen keurig 2 keer per dag onze tanden. De wachten zijn omgekeerd, ik doe nu 'avonds van 8 tot 12 (eerst een filmpje) en 's nachts van 3 tot 6 en Jacomine doet de rest. Het gaat wel anders dan de afgelopen maanden, tegenwoordig zijn we binnen en doen we hazenslaapjes van een kwartier.
Het weer hadden we ons anders voorgesteld, geen zwembroek op het achterdek, maar dikke trui en lange broek. Zwaar bewolkt, windje 4, 5 soms 6, maar steeds schuin van achteren. We lopen op dubbel gereefd grootzeil een knoop of 6, dus dat gaat prima. Ander nadeel van dit weer is dat de zonnepanelen te weinig opleveren en dat dus de motor af en toe een uurtje aanmoet om stroom te draaien. Voordeel is dan weer dat we warm water hebben voor de douche. Want die charmante emmer met zout water op het achterdek blijft nog even in de bakskist.
Golfslag is vaak nog belangrijker dan wind. We hebben een wat langere deining die achterop komt. Gaat het harder waaien, dan neemt de golfhoogte ook snel toe. Andersom, als het minder hard gaat waaien, duurt het een uurtje voordat de golf weer in hoogte afneemt en maken we soms rare schuivers doordat de golven een duidelijke richting missen. Een op de honderd golven is ook een uitslover. Die zijn meestal 2 keer zo hoog als hun soortgenoten en ze zijn verraderlijk. Je bent er niet altijd op bedacht, dus het levert wel eens een omgevallen kop of een blauwe plek op.
Dolfijnen zien we regelmatig en we kunnen de soorten steeds beter onderscheiden. Dat gaat oa via de groepsgrootte. Schildpadden hebben we na de aanvaring van gisteren niet meer gezien. En we komen duidelijk dichter bij land, want er zijn steeds wel een paar vogels te zien. Voor de rest is het leeg, een enkele keer zien we op 4-5-6 mijl afstand een zeeschip.
Dagafstand 125 mijl, nog ongeveer 560 mijl te gaan, een dag of 4.
Roel.

----------
radio email processed by SailMail
for information see: http://www.sailmail.com

vrijdag 8 februari 2013

Dag 1 op zee positie 25.55 N – 17.12 W

Het is 8 februari, 16.00 uur, precies een dag op zee en onze 28e trouwdag. Geen champagne vandaag.
Gistermorgen de laatste dingen op La Gomera: om 8 uur werden de boodschappen bezorgd, behalve het verse spul doen we hiermee tot Brazilë. Nog even dit nog even dat, de mast in voor inspectie. Alles opruimen wat met woonboot te maken heeft en zeilboot in de weg zit. De laatste weerkaarten, nog een keer de route, water tanken, diesel tanken. Post weg, uitklaren op het havenkantoor nog even bellen naar Nederland en dan lijnen los en gaan.
De eerste dag nemen we alle twee een paar lichte zeeziekte pillen, want het inslingeren vraagt even tijd.
Het is raar weer. Er hangt een wolk waar lichte regen uitval. De golven komen van alle kanten ( dat heeft weer te maken met de eilanden) en de pittige wind is nu eens NW, dan niets, dan NO. Ik heb er mijn handen vol aan. We varen bijna voor de wind met alleen het enkel gereefd grootzeil en boot rolt van links naar rechts op de golven. Bij een hoge golf gaan we erg schuin en krijgt Roel in zijn slaapzak de inhoud van de groente en fruit netjes boven zijn hoofd over zich uitgestort. Mmm ontwerpfoutje. Wat in de dagtochten prima gaat, gaat op zee niet altijd goed.
Gelukkig is hij nu wakker, want de wind trekt aan en we moeten gijpen. De NO wint het van de NW. Tot tegen tien uur ben ik alsmaar in de weer met de stuurautomaat en de wisselende wind. Net als ik moedeloos (en moe en licht zeeziek) begin te worden heb ik de boel in evenwicht. Nog 1 aanpassing tegen middernacht en daarna staat alles tot de volgende middag en zeilen we als een trein.
De eerste dag zit ik een beetje in de overleef stand: slapen, het wacht ritme, niet helemaal lekker, en alles kost moeite, zelfs het gewoon zitten en eten al helemaal. Ik vind de eerste nacht altijd moeilijk en deze oversteek hebben we geen maan, zodat alles erg donker is. Ons wachtritme is zo gegroeid dat ik de avond en tweede gedeelte van de nacht doe, maar dat betekent dat ik nu 7 á 8 uur in het donker vaar en Roel maar 5. De komende nacht draaien we een keer om.
Alles gaat verder goed en we lopen ruim 6 knopen per uur, de zon schijnt en zo tikken we de uren weg. Om ons heen niets dan water, op de plotter zien we enkele zeeschepen maar die zijn zo ver weg, dat we ze met het blote oog niet kunnen zien. En dat is wel zo rustig.
De zeedieren stand: 2 schildpadden, waarvan de laatste kop- en/of schildpijn heeft, want die kwam onder de boot vandaan. Net 5 dolfijnen bijna een uur om de boot: heerlijk spelen met ons, en twee meeuwachtigen. Vast de SubSahara Drieteenmeeuw of zo, want op die hoogte varen we nu.
De etmaal afstand was 150 zeemijl. Nog zo'n 700 mijl te gaan...... Tot de volgende update.

----------
radio email processed by SailMail
for information see: http://www.sailmail.com

donderdag 7 februari 2013

Canarische Eilanden en Nederland - 1 januari-7 februari


1januari – 7 februari – Tenrife-Nederland-la Gomera
Drakenboom in de Botanische tuin van Gran Canaria

We liggen heerlijk te dobberen in de zon in de haven van San Sebastian op la Gomera, het laatste Canarische Eiland wat we aandoen. En wat fijn dat we dit prachtige plekje voor het laatst hebben bewaard! La Gomera heeft geen internationaal vliegveld en is in alle opzichten prettig achtergebleven in vergelijking met Tenerife en Gran Canaria. Het is een klein overzichtelijk eiland waar de specialiteit bestaat uit vriendelijke mensen, een ontspannen sfeer en een prachtig wandelnetwerk. De bus rijdt af en toe langs de begin- en eindpunten, boekje mee en ontspannen wachten na de wandelingen dus.

Anouk met de buren Hans en Liesbeth aan de paella
Januari was een maand van uitersten.
Anouk was de eerste week aan boord en dat was super gezellig. Anouk had keihard gewerkt en kwam voor een relaxweekje. We hadden geluk: het was de meeste dagen lekker warm en zonnig: strand- en snorkelweer dus. En één dag slecht weer: filmpjes kijken en pyamadag! Bijna als thuis.
Daarna afscheid nemen van Las Palmas, onze fijne buren in de haven en de mensen op de taalschool. Na 6 weken ook een beetje thuis.
In Tenerife laten we Tara achter om een week naar Nederland te gaan, is dat naar huis? Gelukkig komen Frans en Tineke aan boord om voor Tara te zorgen/van te genieten als wij er niet zijn.


Winter in de Zeeuwse polders: prachtig!
Er ligt een dik pak sneeuw en ijs: wat een overgang. De volgende dag rijden we vroeg in de morgen door de Veluwe naar Deventer. Alles glinstert en schittert: wat is het prachtig.
Een vol programma, we zitten gelijk weer in de agenda's. Maar wat is het heerlijk om onze familie en enkelen van onze vrienden weer te zien. We rijden dik 1000 km, eten geen enkele keer “thuis”, praten en luisteren honderduit. We schuiven overal zo weer aan, dit is thuis. Tandarts, arts, duikkeuring, watersportwinkels etc. etc. De dagen vliegen voorbij. Als in een roes zitten we 1,5 week later in het vliegtuig terug naar Tenerife.
Veel tijd om over te schakelen krijgen we niet want de boot gaat de kant op voor onderhoud aan het onderwaterschip. We blijven aan boord wonen en dat is redelijk te doen. De haven is rommelig en alles gaat langzaam, onvoorspelbaar en met veel mankracht. Wij zitten duidelijk nog of weer in een Nederlands ritme, we willen door.
De laatste dag van januari zeilen we met een heerlijke wind en veel zon naar la Gomera. Als we buiten zijn valt alles van me af. Op la Gomera komt de rust. Ik realiseer mij nu pas hoe ik iedereen gemist heb de afgelopen maanden en hoe fijn het was om weer in Nederland te zijn en even bij te praten. Thuis is er nog: in Nederland én hier op de boot. Het afscheid was ook minder beladen “tot de volgende keer” klinkt heel anders. Ons prikbord hangt nu vol met foto's van mensen, sneeuw en ijs, ik hoef niet te kiezen.
Markt op La Gomera, lekker vers mee voor onderweg

Vanmiddag gaan we de Europa verlaten om op weg te gaan naar Senegal en Gambia aan de westkust van Afrika. 800 zeemijl varen zonder tussenstop.
In meerder opzichten voelt het alsof we deel één van de reis afsluiten en ons opmaken voor deel twee. We zijn straks een week onderweg, het langst wat we ooit op zee zijn geweest. Dus tijd genoeg voor een tussen evaluatie denken we. Als alles lukt gaan we onderweg op het blog verslag doen van de oversteek. Dus tot het volgende blog vanaf zee.

De Spaanse klas van de Taalschool in las Palmas

De nieuwe doorvoer van de ankerketting naar de bak